Een van mijn grote ergernissen is de roep dat voor alles de klant het belangrijkste is. “De klant is de reden van ons bestaan” of “de consument bepaalt datgene wat wij op de markt zetten” of het uitgangspunt van onze strategie is de klant of consument”. Het zijn allemaal leuke uitspraken die zeker hout snijden, ze zijn ongetwijfeld welgemeend, maar het zijn ook allemaal vanzelfsprekendheden die ondubbelzinnig de continuïteit van een organisatie kunnen bepalen.
Ja, we zullen de klant/consument op de horizon moeten plaatsen want uiteindelijk is dat ons doel, een tevreden klant die omzet genereert maar bovenal een tevreden klant die zicht bindt aan de leverancier, die herhaalaankopen doet zodat er optimale wederzijdse klantloyaliteit ontstaat.
Uiteindelijk zijn tevreden klanten resultanten van behaalde resultaten die vanuit de organisatie worden gegenereerd. Marketing definieert de kaders waar we ons op richten, doet markt- en klantonderzoek en zorgt voor een goede lancering van het product of dienst. Een goede R&D creëert de voorwaarden waaraan een product of dienst moet voldoen, ontwerpt en ontwikkelt het zoals de klant en/of consument het wil hebben en opent de deuren tot vervaardiging van het product of dienst. Aangekomen in het primaire waardeproces is het essentieel om op de juiste momenten de juiste waardelementen toe te voegen op een dusdanige wijze dat kwaliteit in de diverse stadia blijvend wordt gewaarborgd, dat de kosten in verhouding staan met het uiteindelijke resultaat en dat de gewenste output word gegenereerd. Wanneer opslag en transport uiteindelijk feilloos aansluiten aan de criteria van het primaire proces dan mag je veronderstellen dat het voortbrengingsproces soepel en efficiënt is verlopen en dat de financiële resultaten navenant zullen zijn. Het uiteindelijke (eind)doel is een tevreden klant die niet zal schromen haar tevredenheid te laten blijken en het ten gelden laat maken. Een klantrelatie heeft haar oorsprong gevonden. Dit bereik je alleen door vanuit de interne organisatie beheersbare activiteiten te ontplooien binnen de financiële kaders die zijn gesteld.
Klanttevredenheid en klantloyaliteit zitten opgesloten in de wijze waarop organisaties en instellingen haar processen heeft ingebed, hoe ze met elkaar samenwerken om het uiteindelijke resultaat te bereiken. Een tevreden klant is uiteindelijk het resultaat hiervan en komt direct vanuit de interne organisatie. Dus ja de klant is belangrijk maar nog belangrijker is de interne organisatie en de wijze waarop een product of dienst word voortgebracht. Een tevreden klant volgt dan vanzelf.
Rapporteren duurzaamheidskenmerken in het kader van NTA8080.
Met certificering of verificatie kunnen bedrijven de duurzaamheid van de biomassa aantonen.
Een belangrijk criterium voor de duurzaamheid van de geproduceerde energie is de gerealiseerde reductie in de emissie van broeikasgassen ten opzichte van fossiele brandstoffen.
Certificerings- en verificatiesystemen
Certificerings- en verificatiesystemen zijn door marktpartijen (en andere stakeholders) ontwikkelde vrijwillige systemen die de duurzaamheid borgen van de biomassa. In het kader van deze Green Deal rapporteren partijen over de gebruikte systemen waarmee een beed onstaat van en op welke wijze de duurzaamheid van vaste biomassa door energieproducenten wordt aangetoond. Er zijn meerdere systemen in gebruik of in ontwikkeling.
Sommige systemen zijn ontstaan vanuit de energieproductie met houtige biomassa (Initiative Wood Pellets Buyers, Green Gold Label), andere vanuit de bosbouw (FSC, PEFC, CSA). Daarnaast zijn er meer generieke certificeringssystemen die je kunt toegepassen op een grote diversiteit aan grondstoffen. Deze grondstoffen dekken de duurzaamheidsaspecten en onderdelen van de betreffende keten af, zoals NTA8080 en ISCC.
Interessante links:
- Results Sustainable Biomass
Berekening van broeikasgasemissiereductie
Betrokken partijen aan de Green Deal kunnen op twee manieren de reductie in broeikasgasemissie vaststellen. Dit kan met een eigen methodiek, maar ook met een speciaal daarvoor ontwikkelde rekentool of met behulp van ‘erkende’ standaardwaarden. De bedrijven zijn vrij in de keuze op welke wijze zij hun broeikasgasemissiereductie bepalen en rapporteren. In opdracht van de Europese Commissie wordt in het project BioGrace II gewerkt aan de Europese harmonisatie van de berekening van broeikasgasemissiereductie. Binnenkort komt via dit project een rekenmodel beschikbaar waarmee bedrijven voor hun eigen situatie de berekeningen kunnen uitvoeren.
Meer informatie over de BioGrace II, standaardwaarden en rekenmodellen vindt u in bijgevoegde documenten onder rubriek publicaties.
bron:http://www.rvo.nl/onderwerpen/duurzaam-ondernemen/groene-economie/duurzaamheid-vaste-biomassa/rapporteren